Aanschuiven op de Voddemèt

De eerste post-corona-editie van dé Heistse toeristische trekpleister bij uitstek, kan als geslaagd beschouwd worden. Behoudens enkele kleine mankementen waren zowel de organiserende Dienst Economie van de gemeente, als de politie en de handelaars tevreden. Patrick Feyaerts, schepen voor de markten, kijkt wel uit naar volgende zondag als er zomerweer voorspeld wordt. Voor de eerste editie van de Voddemèt-light met slechts 50 kramen, waren al bezoekers uit Neerpelt, Maasmechelen en Sint-Niklaas.

De ingang van de markt was voorzien op de hoek van de Eugeen Woutersstraat en de Binnenweg. In de aanschuifrij, die soms tot bijna aan de Bergstraat reikte, was het moeilijker om ‘social distancing’ te bewaren dan op de markt zelf. Alleen aan het kippenkraam, op zijn traditionele standplaats op het einde van de markt aan de Noordstraat, kwam het soms tot een opstopping. Mogelijk wordt dat kraam volgende week verplaatst naar de parking van Gamma of de buurt van de Theofiel De Biestraat waar de straat veel breder is.

Op zomerse topdagen voor corona mocht de markt tot 10.000 bezoekers per zondagvoormiddag verwelkomen. Nu zijn er op het parcours van ongeveer 300 m slechts 400 marktgangers toegelaten. Alleen even na 10 uur diende men aan de ingang even te temporiseren om geen overbevolking te krijgen.

Sommige mensen bleken nog het nog moeilijk te hebben met het éénrichtingsverkeer en wilden op  hun stappen terugkeren ‘omdat ze nog iets vergeten waren’, of wilden de uitgang als ingang gebruiken. En mensen van buiten Heist-op-den-Berg blijken het vooral moeilijk te hebben om hun wagen terug te vinden. Terugkeren naar het begin van de markt moet gebeuren langs de Neerweg of en Averegtenlaan, voor mensen die de omgeving die onbekend zijn met de omgeving niet bepaald een evidentie.